Nieuwe studie wijst op veiligheid vaccins, niet op “onvruchtbaarheid”
De werking van de huidige coronavaccins is gebaseerd op het opwekken van antistoffen tegen de uitsteekseltjes van SARS-CoV-2, het coronavirus. Er blijkt een overeenkomst te bestaan tussen de samenstelling van die uitsteekseltjes en een lichaamseigen eiwit (syncytine-1). Dat eiwit speelt een rol bij de ontwikkeling van de moederkoek (placenta) tijdens de zwangerschap.
Omdat de beschikbare vaccins een afweerreactie aanwakkeren tegen de uitsteekseltjes van het coronavirus, is het niet ondenkbaar dat de aangemaakte antistoffen ook zullen reageren op het menselijke eiwit (syncytine-1). Daardoor kan er mogelijk geen moederkoek gevormd worden, wat tot onvruchtbaarheid leidt. Eind 2020 uitten enkele mensen hier hun bezorgdheid over.
Menselijke eiwitten zijn opgebouwd uit verschillende bouwstenen of aminozuren, die voorgesteld worden door letters. Er zijn immers maar twintig aminozuren om duizenden eiwitten samen te stellen. Het komt vanzelfsprekend voor dat opeenvolgingen van bouwstenen hetzelfde kunnen zijn in verschillende eiwitten. Wanneer antistoffen worden aangemaakt tegen een bepaald deel van een eiwit, kunnen die afweerstoffen ook reageren op andere eiwitten met hetzelfde of een gelijkaardig fragment. Dat noemen we een kruisreactie. Het komt vaak voor bij allergieën: mensen met een huisstofmijtallergie zijn dan eveneens allergisch voor weekdieren, omdat die gemeenschappelijke eiwitfragmenten hebben.
Wat de coronavaccins betreft, is er geen reden tot ongerustheid:
Wanneer je covid-19 doormaakt of gevaccineerd wordt, ontwikkel je antistoffen tegen de uitsteekseltjes van het coronavirus. Er is een minieme overeenkomst tussen het eiwit van die uitsteekseltjes en een eiwit dat een rol speelt in de vorming van de moederkoek bij een zwangerschap. Die overeenkomst is echter te klein om reacties te veroorzaken. Er is dus geen reden tot ongerustheid.
https://www.nytimes.com/2020/12/10/technology/pfizer-vaccine-infertility-disiformation.html