Een verkoudheid helpt je lichaam echt om corona te bestrijden. (Maar een PCR-test wordt niet onbetrouwbaar door een verkoudheid)
Een paracetamolletje verbetert het uithoudingsvermogen tijdens sporten in de hitte. Dat schrijven onderzoekers in het blad Experimental Physiology (1). Ze baseren hun conclusie op een experiment met een groep gezonde mannen. De heren kregen een enkele dosis paracetamol of een placebo toegediend. Daarna gingen ze met een vastgestelde snelheid in een warme omgeving fietsen. Terwijl de mannen sportten, werd hun kerntemperatuur en huidtemperatuur gemeten. Ook werd aan de proefpersonen gevraagd hoe warm ze het hadden. De mannen die paracetamol hadden geslikt, hielden het al sportend veel langer in de hitte uit. Waarschijnlijk omdat paracetamol ervoor zorgde dat hun lichaamstemperatuur daalde. De mannen die paracetamol gebruikten en het langer volhielden in de hitte, bleken namelijk een lagere lichaamstemperatuur te hebben. Hoe paracetamol daarvoor zorgt is onduidelijk. “Het is belangrijk dat we nu uitzoeken hoe paracetamol de lichaamstemperatuur doet dalen tijdens het sporten”, merkt onderzoeker Lex Mauger op.
Deze studie is uitgevoerd bij slechts 11 gezonde jonge mannen. Dit is een klein aantal. Bovendien zijn de resultaten niet automatisch geldig voor vrouwen vanwege anatomische en hormonale verschillen. Het artikel geeft weinig informatie over de proefpersonen. De dosis paracetamol was gebaseerd op de ‘lean body mass’ of vetvrije lichaamsmassa. Omdat deze niet gerapporteerd is, is de exacte dosering onduidelijk. Als we echter aannemen dat de mannen 15-20% lichaamsvet hebben, zouden ze ca. 1150-1250 mg paracetamol hebben gekregen, wat niet zoveel is. De maximale dagdosis voor een volwassene bedraagt 3000 tot 4000 mg. Er werd een cross-over onderzoek gedaan, waarbij alle deelnemers zowel paracetamol als placebo kregen in een willekeurige volgorde. De manier waarop dit gebeurde, wordt niet uitgelegd, waardoor we niet weten of dit correct is uitgevoerd.
De studie is dubbelblind, wat meestal inhoudt dat zowel de deelnemers als de onderzoekers niet weten welk middel wordt getest. De onderzoekers beschrijven dat de deelnemers beide middelen niet van elkaar konden onderscheiden. Er staat echter niet expliciet vermeld dat de onderzoeker die de test afnam ook geblindeerd was. Indien de onderzoeker ervan overtuigd is dat paracetamol het uithoudingsvermogen verbetert, is het mogelijk dat deze onderzoeker de deelnemer tijdens de test met paracetamol op een andere manier aanmoedigt. Het artikel geeft geen informatie over wie de uithoudingstests afnam en of eventuele aanmoediging gestandaardiseerd was.
De fietstesten werden uitgevoerd bij 30 graden C en 50% vochtigheid, wat niets zegt over de invloed van andere temperaturen/vochtigheidsgraden. Wat de tijdsduur van de fietstest betreft, presenteren de auteurs het gemiddelde in de paracetamol- en de placebogroep, maar er zitten twee uitschieters in die het gemiddelde omhoog trekken. Negen personen fietsten tussen 5 en 35 minuten en de twee anderen houden het fietsen zo’n 42 en 53 minuten vol. Deze uitschietende waarden hebben een grote invloed op het groepsgemiddelde. De absolute verschillen in temperatuur tussen beide groepen zijn erg klein. Zo bedraagt het verschil in lichaamstemperatuur slechts 0,12°C.
De verschillen worden wel waargenomen door de deelnemers, maar er was geen verschil in hartslag. De auteurs geven in hun inleiding aan dat een daling van 0,3 graden in de lichaamstemperatuur een prestatieverhogend effect heeft. Alhoewel het verschil in temperatuur statistisch significant is, is het onduidelijk of dit ook leidt tot merkbaar betere prestaties.
Dit onderzoek laat niet toe te besluiten dat paracetamol de prestaties verbetert.