Coronavaccins kunnen geen problemen veroorzaken bij niet-gevaccineerde personen
De afgelopen weken kwamen hartritmestoornissen bij herhaling ter sprake in de media, vooral dan in de context van intensieve sportbeoefening. Het gaat hierbij om twee totaal verschillende ritmestoornissen. Iemand die plots doodvalt tijdens het sporten is doorgaans het slachtoffer van een hartstilstand (kamer-fibrillatie). Een ander probleem dat bij duursporters soms gezien wordt, maar zich slechts op lange termijn ontwikkelt, is voorkamer-fibrillatie (VKF).
Kamerfibrillatie
Een Franse studie kwam tot het besluit dat een hartstilstand zich tijdens het sporten voordoet in 5 à 17 gevallen per miljoen mensen per jaar.[i] Bijna alle slachtoffers zijn mannen en de overgrote meerderheid (96%) is ouder dan 35 jaar. Als we deze cijfers afgerond toepassen op België, dan zou dit betekenen dat er jaarlijks ongeveer 100 mensen, waarvan 5 jonger dan 35 jaar, bezwijken tijdens een sportactiviteit. Bij jonge mensen is een plotse dood vrijwel steeds het gevolg van een aangeboren of genetische hartafwijking, terwijl ze bij 35-plussers meestal verband houdt met slagaderverkalking. Een aantal van deze mensen maakte tevoren ooit een hartinfarct door waarvan de betrokkene zich vooraf vaak niet bewust was. In andere gevallen gaat het om een acuut infarct dat zich tijdens de inspanning voordoet en meteen een hartstilstand uitlokt. De beste preventieve maatregelen die men hiervoor kan treffen zijn maatregelen die slagaderverkalking verhinderen of vertragen: niet roken, overgewicht vermijden, gezonde voeding en … voldoende bewegen. Volgens sommige experts zou men bij jongeren plotse dood tijdens het sporten kunnen vermijden door het invoeren van een veralgemeende screening op genetische hartafwijkingen. Het is evenwel geen uitgemaakte zaak of dit daadwerkelijk ook helpt.
Voorkamerfibrillatie
Voorkamerfibrillatie houdt bij sportievelingen geen onmiddellijk risico in maar kan op termijn wel problemen geven. Deze ritmestoornis wordt gekenmerkt door het plots optreden van een onregelmatige en doorgaans snelle hartslag. Dit kan enkele minuten, uren of dagen aanhouden. Bij sommige mensen blijft ze (op termijn) ook definitief bestaan. Vaak veroorzaakt ze weinig of geen klachten. Het verraderlijke is evenwel dat deze ritmestoornis kan leiden tot klontervorming in het hart die op haar beurt de oorzaak kan zijn van een beroerte. Dit riscio kan dan beperkt worden door het innemen van bloedverdunners. Het risico op klontervorming doet zich vooral voor op oudere leeftijd (boven de 65 jaar) en dan nog eerder bij mensen die andere hartproblemen, hoge bloeddruk of suikerziekte hebben. Het gebruik van alcohol en stimulerende middelen kunnen ook een rol spelen in het ontstaan van VKF.[ii] VKF is niet meteen een probleem waarover amateursporters zich zorgen moeten maken. De vraag die zich stelt, en waarop men nog geen eenduidig antwoord kent, is of jarenlang duursporten het risico op het ontwikkelen van VKF, en dus van een beroerte, verhoogt.
Mensen die plots overlijden tijdens sportbeoefening lijden doorgaans aan slagaderverkalking. In vele gevallen waren ze vooraf niet met een hartprobleem bekend en is de plotse dood het eerste, enige en jammer genoeg ook het laatste teken van de hartziekte. Het risico op plotse dood bij inspanning beperken komt dus neer op het verminderen van het risico op de ontwikkeling van slagaderverkalking: niet roken, overgewicht vermijden, gezonde voeding en … voldoende bewegen. Het is ook duidelijk dat het niet aan te raden is om onvoorbereid aan plotse intensieve sportactiviteiten deel te nemen.
Het probleem van voorkamerfibrillatie is van een andere orde. Hier stelt de vraag zich of er voor sommige mensen een limiet moet gesteld worden aan jarenlang intensief duursporten.
[ii] Wilhelm M. Atrial fibrillation in endurance athletes. Eur J Prev Cardiol. 2013 Jan 30.