Neen, niet iedereen moet zomaar vitamine D-supplementen innemen
Vertrekkend van cholesterol kan het lichaam in de huid vitamine D aanmaken. Op het einde van de winter hebben we doorgaans minder vitamine D in het bloed, door de lagere blootstelling aan zonlicht.
Duitse onderzoekers gebruikten nauwkeurige analysetoestellen om het vitamine D-gehalte van chocolade te bepalen (1). Zo bevatte 100 g melkchocolade 1,96 microgram vitamine D, terwijl donkere chocolade 3,95 microgram vitamine D bevatte. Honderd gram chocoladepasta met noten bevatte slechts 0,15 microgram vitamine D.
Een volwassen persoon heeft per dag 10 tot 15 microgram vitamine D nodig. Voedingsmiddelentabellen geven doorgaans aan dat chocolade slechts sporen vitamine D bevat, wat volgens de auteurs moet aangepast worden.
Het zou natuurlijk mooi zijn mocht een lekker voedingsmiddel als chocolade helpen tegen winterblues. De werkelijkheid is echter veel minder overtuigend.
Ten eerste zijn er twee vormen van vitamine D: D2 en D3. Vitamine D2 is veel minder actief dan vitamine D3. Chocolade bevat enkel vitamine D2. Een tweede punt is dat de Duitse onderzoekers nooit nagingen of chocolade winterblues kon bestrijden; ze bepaalden enkel het vitamine D-gehalte in chocolade. Ten derde bevat chocolade 450 tot 600 kcal per 100 g. Veel chocolade eten om voldoende vitamine D op te nemen kan het lichaamsgewicht doen stijgen. Uit onderzoek weten we dat hoe dikker de onderhuidse vetlaag is, hoe minder vitamine D de bloedbaan bereikt. Grote hoeveelheden chocolade kunnen dus een omgekeerd effect hebben, namelijk het vitamine D-gehalte in het bloed doen dalen omdat het gewicht van de chocoladegenieter toeneemt. Tot slot is de relatie tussen vitamine D en de gemoedstoestand van een persoon vrij onbewezen.
Als chocolade gelukkig maakt, zal dit niet door het vitamine D-gehalte zijn, maar eerder door de lekkere smaak. Regelmatig worden in de media mogelijke gezondheidsvoordelen van voedingsmiddelen benadrukt. De wetenschappelijke waarde van dergelijke beweringen is dikwijls zeer beperkt. Vette vissoorten, eigeel, zuivelproducten en ontbijtgranen zijn goede bronnen van vitamine D, alsook lichaamsbeweging in de buitenlucht.