België in middenmoot bij statistieken over depressie
Patiënten die liever stoppen met antidepressiva na negatieve berichten in de media, doen dit best in samenspraak met hun behandelende arts. De dosis moet geleidelijk afgebouwd worden, anders treden ontwenningsverschijnselen op. Dat kan al gebeuren na een ‘korte’ kuur van zes tot acht weken en evengoed met de nieuwste producten dan met de oudere generaties antidepressiva. Wanneer mensen een behandeling met antidepressiva abrupt onderbreken kunnen evenwichtsstoornissen, hoofdpijn, misselijkheid, prikkelbaarheid, slaapstoornissen, hartkloppingen en spierkrampen, in wisselende mate en afhankelijk van de persoonlijke gevoeligheid, optreden. Het is niet altijd makkelijk uit te maken in hoeverre het gaat om een nieuwe depressieve episode of om ontwenningsverschijnselen van antidepressiva. Evenmin is voorspelbaar hoe lang deze onaangename symptomen zullen duren. Men moet rekenen op één tot twee weken. Echt gevaarlijk is abrupt stoppen zelden, al zijn enkele gevallen van manie beschreven.
Onderzoek naar ontwenningsverschijnselen na inname van antidepressiva is moeilijk te voeren, te meer daar het om een reeks vage klachten gaat. Gelijkaardige klachten werden zelfs al vastgesteld na inname van een placebo-medicijn. Navraag bij patiënten leert dat de ernst van deze afkickverschijnselen sterk kan schommelen. Het geleidelijk afbouwen van de dosis helpt, maar is geen garantie dat deze verschijnselen niet optreden. Er bestaat evenmin eensgezindheid over de duur van de afbouwperiode.
Met antidepressiva starten is één zaak, ermee stoppen een andere. Stoppen met deze medicatie doe je best geleidelijk, in samenspraak met je arts, om het risico op ongewenste ontwenningsverschijnselen zoveel mogelijk te beperken.