Hondeneigenaars hebben minder kans op vroegtijdig overlijden
Onderzoekers van de universiteit van Oslo gingen na of kinderen geboren voor 37 weken zwangerschap meer kans lopen op het ontwikkelen van ADHD. Voor hun studie rekruteerden ze Noorse vrouwen die tussen 1999 en 2008 zwanger waren. Deze vrouwen kregen op 17 weken en op 30 weken zwangerschap, en op 6 maanden na de geboorte, vragenlijsten toegestuurd. Vervolgens werden hun kinderen opgevolgd tot de leeftijd van 8 jaar. In totaal werden gegevens van 113.227 kinderen verzameld, waaronder 33.081 tweelingen. Eventuele ADHD-symptomen bij deze kinderen werden geëvalueerd aan de hand van uitgebreide vragenlijsten aan de moeders. Door zoveel tweelingen te includeren in het onderzoek, konden de onderzoekers de invloed van een mogelijke genetische aanleg onderscheiden van omgevingsfactoren. Op die manier konden ze constateren dat kinderen geboren voor 37 weken zwangerschap vaker ADHD-symptomen ontwikkelden op 5 en 8 jaar in vergelijking met kinderen die rond de verwachte bevallingsdatum geboren waren. Uit het tweelingonderzoek konden de onderzoekers opmaken dat een genetische aanleg niet het enige is dat ADHD veroorzaakt, maar dat er ook omgevingsfactoren meespelen. Een vroeggeboorte is zo’n mogelijke omgevingsfactor.
Deze bevinding is niet nieuw: eerder hebben studies een verband tussen vroeggeboorte en ADHD aangetoond, waarmee niet bewezen is dat te vroeg geboren worden een oorzaak is van ADHD, maar blijkbaar wel een mogelijke risicofactor. Dit is wel de eerste keer dat zoveel tweelingen in dergelijke studie werden opgenomen, waardoor deze studie de genetische invloed (familiale aanleg) kon onderscheiden van omgevingsfactoren. Nu rest nog de vraag over welke omgevingsfactoren het gaat, want die zijn grotendeels onbekend. Prematuriteit is zeker niet de enige risicofactor.
Deze Noorse observationele studie bevestigt dat vroeggeboorte (voor 37 weken zwangerschap) mogelijk een risicofactor is voor het ontwikkelen van ADHD. Dat bleek al uit eerdere studies.