Waarom krijgen olifanten zelden kanker en wat hebben wij daaraan?

Olifanten krijgen ongewoon weinig kanker, zo blijkt uit recente onderzoeken aan de universiteiten van Utah en Chicago. Wetenschappers vinden de verklaring in het genetisch materiaal, wat nieuwe perspectieven biedt voor kankerbestrijding bij de mens.

16 oktober 2015

gezondheidenwetenschap gezondheid covid19

Waar komt dit nieuws vandaan?

Olifanten hebben, ondanks hun grote omvang, veel minder vaak kanker dan mensen. Onderzoekers uit Utah en Chicago wilden weten hoe dat komt en of het ons kan helpen in de strijd tegen humane kankers. Ze bestudeerden gegevens van 644 olifanten uit de ‘Elephant Encyclopaedia’. Daaruit bleek dat 3% gestorven was door kanker. Ter vergelijking: 1 op 5 mensen (20%) sterft door kanker. Verder verzamelden ze bloedstalen van 8 Afrikaanse en Aziatische olifanten, van 10 mensen met Li-Fraumeni-syndroom (een zeldzame aandoening waardoor je al op jonge leeftijd een zeer hoog risico loopt op kanker) en van 11 gezonde mensen (controlegroep). Van al deze bloedstalen werden de witte bloedcellen geïsoleerd en genetisch onderzocht (1). Er werd gekeken naar een bepaald gen, namelijk TP53, dat de code draagt voor een tumoronderdrukkend eiwit. Uit de analyse blijkt dat olifanten minstens 20 kopieën hebben van dit gen, die grotendeels actief zijn, terwijl menselijke cellen slechts 1 TP53-kopie bevatten. Wanneer aan de cellen in de laboratoriumschaaltjes DNA-schade werd toegebracht, dan reageerden de olifantencellen daar veel heviger op dan de menselijke. Beschadigde olifantencellen worden veel vaker geliquideerd (cel-suïcide) dan beschadigde menselijke cellen. De cellen van mensen met Li-Fraumeni-syndroom reageerden het minst op celschade. De onderzoekers vermoeden dat de lage incidentie van kanker bij olifanten het gevolg is van de hoge activiteit van TP53, wat perspectieven opent voor de mens. Stel dat men bij mensen dit gen kan prikkelen, dan kan kanker misschien voorkomen worden.

Hoe moeten we dit nieuws interpreteren?

Cellen staan voortdurend bloot aan DNA-schade (door toxische invloeden, zoals sigaretten, overdreven zonlicht, enzovoort). Ze kunnen daarop reageren op drie manieren: de DNA-schade herstellen, de beschadigde cel uitschakelen (zelfmoord, door TP53) of niets doen, waardoor het risico op ontaarding van de cel in een kankercel toeneemt. Bij olifanten blijkt één van deze mechanismen extra sterk aanwezig: beschadigde cellen vernietigen zichzelf veel sneller, waardoor ze minder kans krijgen om te ontaarden in kankercellen. Of en hoe we het gen dat hiervoor verantwoordelijk is bij mensen kunnen prikkelen, is onbekend terrein en vraagt nog zeer veel onderzoek.

Conclusie

Olifanten ontwikkelen minder vaak kanker dan mensen, omdat ze beschikken over een genetisch mechanisme dat er voor zorgt dat beschadigde cellen sneller worden uitgeschakeld. Of deze ontdekking ooit iets zal opleveren voor de mens, is vandaag moeilijk te zeggen.

Geraadpleegde Bronnen

Marleen Finoulst

 
Lees ook...
nov 2021

Geen bewijs dat coronavaccins kanker veroorzaken of verergeren

nov 2023

Geen bewijs voor toename van kanker door vaccins

sep 2022

Tijdelijk hoger risico op borstkanker, maar de pil beschermt ook tegen andere kankers

15 feb

Geen bewijs dat een paarse tong op kanker wijst