Geen bewijs dat coronavaccins kanker veroorzaken of verergeren
Onderzoekers van de Universiteit van Londen namen 16 studies samen, uitgevoerd tussen 1994 en 2008, waarin volwassenen bevraagd werden over angst en depressieve gevoelens aan de hand van een 12-vragensysteem. Afhankelijk van hun antwoorden werden de deelnemers in 4 groepen ingedeeld: van helemaal geen angst noch depressie tot vaak angstig en depressief. Vervolgens werd gekeken hoeveel mensen na 10 jaar overleden waren aan kanker en meer specifiek aan welk type van kanker. Daarbij werd zoveel mogelijk rekening gehouden met leeftijd, geslacht, lichaamsgewicht, opleidingsniveau, roken en alcoholconsumptie. Mensen die binnen de eerste 5 jaar van het opvolgonderzoek aan kanker overleden waren, werden uitgesloten, omdat angst en depressie in hun geval een gevolg zouden kunnen geweest zijn van een reeds aanwezige kanker.
De onderzoekers kwamen tot de volgende vaststellingen. In vergelijking met mensen met zeer weinig angst en depressieve gevoelens, hadden diegenen die het hoogst scoorden op angst- en depressievragen 32% meer kans om na 10 jaar opvolging te zijn overleden aan kanker. Vooral aan darmkanker (1,84 keer meer risico), prostaatkanker (2,42 keer meer risico), pancreaskanker (2,76 keer meer risico), slokdarmkanker (2,59 keer meer risico) en leukemie (3,86 keer meer risico). Men vond geen verband met aan tabak gerelateerde kankers, waaronder longkanker, omdat de factor roken hier veel zwaarder weegt.
De onderzoekers besluiten dat de rol van angst en depressie in het ontstaan van kanker beter moet onderzocht worden, omdat mentale stress misschien het kankerrisico verhoogt.
De aard van het onderzoek laat niet toe te besluiten dat angst en depressie kanker kunnen veroorzaken. Bovendien werden bij de mensen in dit onderzoek geen diagnosen gesteld, van bijvoorbeeld depressie, maar baseerde men zich op vragenlijsten die altijd subjectief zijn. Het is erg moeilijk om angst en depressieve gevoelens te isoleren van andere risicofactoren. Zo is bijvoorbeeld aangetoond dat wie zich depressief voelt minder gezond eet, meer alcohol drinkt, meer rookt en minder beweegt: allemaal risicofactoren voor kanker. Ook kan men zich voorstellen dat angstige mensen niet deelnemen aan kankerscreeningprogramma’s, voor darmkanker bijvoorbeeld. Wel is bekend dat chronische stress door ernstige mentale problemen concentraties van bepaalde hormonen en ontstekingsstoffen in het lichaam kunnen wijzigen, wat een rol zou kunnen spelen in het ontstaan van kanker.
Dit onderzoek vindt een verband tussen ernstige mentale stress door angst en depressie en kankersterfte. Of het tweede rechtstreeks volgt uit het eerste is op dit moment zeer moeilijk uit te maken. Van mensen die zich niet goed in hun vel voelen, is bekend dat ze minder gezond eten, minder bewegen en meer alcohol drinken: allemaal factoren die kunnen bijdragen tot kanker. Angstige personen zijn ook minder geneigd om deel te nemen aan kankerscreeningsprogramma’s, voor darmkanker bijvoorbeeld.