Er bestaan (nog) geen cijfers over corona-besmettingsbronnen in woonzorgcentra
Amerikaanse onderzoekers gingen na of het gebruik van verschillende soorten zoetmiddelen bepaalde hersenreacties kan uitlokken. Water met gewone suiker (bietsuiker) en met een kunstmatige zoetstof werd aan muizen toegediend. Beide zoetstoffen prikkelden bepaalde gebieden op de tong, die signalen doorstuurden naar de hersenen en een ‘zoete’ ervaring veroorzaakten. Wanneer muizen de keuze hadden tussen de twee zoete dranken, kozen ze in het begin voor beide, maar na een tijdje gingen ze liever naar het water met bietsuiker. Opmerkelijk was dat, wanneer de zoete gewaarwording op de tong bij de muizen uitgeschakeld werd na een ingreep, ze bleven kiezen voor het water met bietsuiker.
De onderzoekers vermoeden dat de energie aanwezig in water met bietsuiker meer verzadigend werkt, en deze keuze verklaart (1). Ze stelden eveneens vast dat bepaalde hersengebieden bij de muizen actiever werden na het consumeren van bietsuiker en kunstmatige zoetstoffen. In een tweede stap werden deze zoetmiddelen rechtstreeks in de maag van de muizen gebracht, dus zonder de smaakreceptoren op de tong te prikkelen. Met bietsuiker werd dezelfde hersenactiviteit ontdekt, die echter niet aanwezig was met kunstmatige zoetstoffen. De overdracht van de informatie van de darmen naar de hersenen zou gaan via zenuwen. We hebben dus doorheen de evolutie een systeem ontwikkeld dat bietsuiker als belangrijke energiebron herkent.
Onderzoekers denken eraan om ook kunstmatige zoetstoffen te ontwikkelen die zowel de smaakreceptoren op de tong als het mechanisme in de darmen activeren. Op deze wijze zouden we onze hersenen kunnen wijsmaken dat we bietsuiker innemen.
Deze studie verscheen in Nature, een befaamd internationaal tijdschrift. Het uitgangspunt van het onderzoek was om te begrijpen waarom we zo van zoet houden. Bietsuiker is een belangrijke bron van goedkope energie, en de gezondheidsproblemen die optreden door bietsuiker zijn vooral het gevolg van overconsumptie. Bovendien stimuleert de markteconomie deze overconsumptie, omdat bietsuiker een zeer goedkope grondstof is. Ontbijtgranen uit de jaren 60 bevatten bijvoorbeeld 8 gram bietsuiker per 100 gram; vandaag vind je ontbijtgranen met 40 gram bietsuiker per 100 gram.
Deze studie in Nature werd uitgevoerd bij muizen: we moeten dus voorzichtig zijn met het trekken van conclusies voor mensen. Ondanks deze beperking blijft het natuurlijk boeiend om te weten waarom we met zovelen zo graag de zoete smaak ervaren. Bitter, zuur en zout hebben minder succes.
Een studie bij muizen toont dat de diertjes liever suikerwater drinken dan water met kunstmatige zoetmiddelen. Suiker prikkelt de hersenen, terwijl de zoetstoffen dat blijkbaar niet doen. Of dit voor mensen ook zo is, is niet bekend. Meer onderzoek is nodig om dit verschil te begrijpen.