Een harstilstand overleven lukt beter in onze buurlanden
Van 13 tot en met 19 juni 2022 is het de week van het hartritme (1), een initiatief van Belgische hartspecialisten verenigd in de Belgian Heart Rhythm Association (BeHRA). Deze week kan je op diverse plaatsen in België je hartritme laten controleren: in Vlaanderen in het Wijnegem shoppingcentrum, in Brussel in het Woluwe shoppingcentrum en in Wallonië in het Charleroi shoppingcentrum.
De Belgische cardiologen die werken rond hartritmestoornissen roepen jaar na jaar op om alert te zijn voor hartritmestoornissen, in het bijzonder voorkamerfibrillatie (VKF), die het risico op een beroerte vergroten. Door VKF tijdig te ontdekken, kan je het laten behandelen en een beroerte vermijden.
Voorkamerfibrillatie (VKF) is een ritmestoornis waarbij je hart onregelmatig klopt. Het komt voor bij 1% van de mensen, maar treft vooral ouderen (10% van de tachtigers). VKF verhoogt de kans op een beroerte bij mensen:
Zogenaamde bloedverdunners kunnen dat extra risico beperken. Door deze hartritmestoornis vroegtijdig op te sporen (screening), hoopt men op termijn beroertes te kunnen voorkomen door medicatie voor te schrijven. Of deze aanpak aangewezen is bij jongere mensen bij wie toevallig een hartritmestoornis ontdekt wordt, is echter niet wetenschappelijk bewezen. Bij gezonde mensen, die jonger zijn dan 65 jaar en geen klachten hebben, moet voorkamerfibrillatie (VKF) doorgaans niet behandeld worden.
Een mogelijk nadeel aan screening is dat een onschuldige ritmestoornis, zoals een kleine onregelmatigheid in het hartritme of een wat te trage of snelle hartslag, toevallig wordt ontdekt. Dat kan aanleiding geven tot onnodige ongerustheid of kan een reden zijn om een nutteloze behandeling te starten.
De Week van het Hartritme wordt gesponsord door fabrikanten van medicatie voor hartritmestoornissen.
Ieder jaar, tijdens de week van het hartritme, worden mensen aangeraden hartritmestoornissen op te sporen, via een app op hun smartphone of bij een arts. Daarbij wordt geen leeftijdsgrens vermeld. Nochtans is dergelijke vroegtijdige opsporing weinig zinvol voor personen zonder klachten die jonger zijn dan 65 jaar. Bij hen kan screening leiden tot nodeloze ongerustheid en behandelingen. Voor 65-plussers is deze screening wel zinvol, omdat deze oudere groep vaker kampt met voorkamerfibrillatie. Daardoor lopen ze een groter risico op een beroerte.