De open brief van Belgium Beyond COVID mist soms wetenschappelijke onderbouwing
Onderzoekers van de universiteit van Newcastle onderzochten chirurgisch verwijderde stukjes huid, afkomstig van het voorhoofd van 27 mannen, in het laboratorium (1). Daarin onderzochten ze de enzymactiviteit en vergeleken die tussen oude, niet meer delende, en jonge, nog volop delende huidcellen. Meer bepaald werd gefocust op het zogenaamd mitochondriaal complex II, een enzym dat een rol speelt in de mitochondriën van de cellen, de kacheltjes zeg maar, die voedingsstoffen afbreken en omzetten in energie. De onderzoekers stelden vast dat dit enzym duidelijk minder actief was in de oude huidcellen in vergelijking met de jonge exemplaren. Daarom vermoedden ze dat dit complex enzym een rol speelt bij huidveroudering, wat op termijn zou kunnen leiden tot antiverouderingsbehandelingen.
Het gaat om een laboratoriumstudie op een kleine hoeveelheid huidstalen van mannen. De betekenis van de verminderde activiteit van het betreffende enzym is niet aangetoond: het is niet omdat dit enzym minder actief is in oudere cellen, dat dit een rol speelt bij huidveroudering. Dergelijke theorieën zijn veel te kort door de bocht. De resultaten moeten nog bevestigd worden in dierexperiment en vervolgens bij mensen in levende lijve. De ervaring leert dat menselijke cellen zich soms anders gedragen in laboschaaltjes dan in het lichaam. Bovendien is niet zeker dat verhogen van deze enzymactiviteit enig effect zal hebben op de huidveroudering, en indien dit zo zou zijn, welke nevenwerkingen daarbij kunnen optreden.
Onderzoekers hebben mogelijk een stukje van de puzzel opgelicht in de mechanismen die leiden tot huidveroudering, maar een miraculeuze antirimpelcrème is nog lang niet voor morgen.