Tijdelijk hoger risico op borstkanker, maar de pil beschermt ook tegen andere kankers
Onderzoekers van de Amerikaanse Harvard Medical School putten uit de gegevens van twee grote opvolgstudies: de Nurses’ Health Study en de Health Professional Follow-up Study. De eerste startte in 1976 en volgt vrouwelijke verpleegkundigen en de tweede startte in 1986 en volgt mannelijke gezondheidswerkers. Tienduizenden mensen die deelnemen aan deze studies vullen om de twee jaar een uitgebreide vragenlijst in over hun leef- en eetgewoonten en ziektegeschiedenis. Uit deze databanken worden regelmatig gegevens gelicht voor afzonderlijke studies. Zo analyseerde de huidige studie gegevens van 135.910 deelnemers (89.571 vrouwen en 46.339 mannen) en bracht ze in twee categorieën onder, afhankelijk van hun levensstijl (1). In de ‘laag-risico’-categorie kwamen mannen en vrouwen die nooit gerookt hadden of minstens 5 jaar gestopt waren, niet meer dan 1 tot 2 glazen alcohol per dag dronken, een min of meer gezond gewicht hadden (BMI tussen 18,5 en 27,5) en 150 minuten per week actief waren (of 75 minuten intensief actief). In de ‘hoog-risico’-categorie werd iedereen toegevoegd die niet in de eerste categorie paste. Vervolgens werd gekeken wie kanker ontwikkelde of overleden was aan kanker en tot welke categorie de kankerpatiënten of -overledenen behoorden. Daaruit kan men berekenen wat de invloed is van levensstijlfactoren op de ontwikkeling van kanker.
De kankerfrequentie per 100.000 deelnemers bedroeg 463 vrouwen en 283 mannen in de laag-risico-groep en 618 vrouwen en 425 mannen in de hoog-risico-groep. Dat betekent dat 25% van de kankers bij vrouwen en 33% van de kankers bij mannen kan worden toegeschreven aan ongezonde leefstijlfactoren. Wat de kankersterfte betreft, kan 48% van de overlijdens bij vrouwen en 44% van de overlijdens bij mannen aan ongezonde leefstijlfactoren worden toegeschreven.
Het gaat weliswaar om een grote studie met veel volk, maar een belangrijke kanttekening is dat de onderzoekers niet alle kankertypes onderzochten. Zo sloten ze kankers uit die sterk gerelateerd zijn aan externe omgevingsfactoren, zoals asbest bijvoorbeeld. Overigens gaat het om een onderzoek bij medisch geschoolde groepen, wat het invullen van de enquêtes kan beïnvloed hebben. Mogelijk zijn zij meer geneigd hun gedrag net ietsje gezonder voor te stellen.
Ten slotte gaat het om ruwe schattingen op bevolkingsniveau en mag je geen conclusies trekken voor het individuele risico, waarin ook familiale belasting en andere gevoeligheden meespelen.
Deze studie bevestigt wel wat andere studies al aantoonden, namelijk dat een gezonde levensstijl het risico op kanker en kankersterfte in gunstige zin beïnvloedt.
Deze studie bevestigt wat we al wisten: een aantal kankers kan voorkomen worden met een gezonde levensstijl. Hoe sterk je je persoonlijke risico kan verminderen door niet te roken, zuinig te zijn met alcohol, voldoende te bewegen en je gewicht onder controle te houden, kan deze studie helaas niet vertellen. Het gaat om ruwe schattingen op bevolkingsniveau.